De grootte van deze vogel zit tussen de
Stormmeeuw en de Zilvermeeuw in.
Noordse Stormvogels zijn
uitgesproken aaseters die tegenwoordig op zee veel achter vissersschepen
worden aangetroffen. De dichtstbijzijnde broedplaatsen bevinden zich op
Helgoland. Daarnaast nestelen zij veelvuldig op de kliffen en rotsen aan
de kusten van Groot-Brittannië en Noorwegen. Op de kusten en eilanden van
Bretangne is het een schaarse broedvogel. Als broedplaats zoekt de Noordse
Stormvogel soms de meest ontoegankelijke richels op rotsige plaatsen langs
de kust. Daarbij gaan zij zover dat ze in kustplaatsen zelfs in de
vensterbanken van gebouwen nestelen.
De Noordse Stormvogel is
in Nederland en België in bijna alle maanden van het jaar in meestal zeer
kleine aantallen, variërend van enkele tot honderd exemplaren, op één
dag waar te nemen, vooral in het Waddengebied. Deze aantallen wisselen
echter per jaar zeer sterk.
|