Wanneer u ergens op de zandgronden, op heide of stuifzand in Nederland een
leeuwerik ziet met een zéér korte staart, dan is dat vrijwel zeker een
boomleeuwerik. Meestal zult u eerst de boomleeuwerik horen zingen
voordat u hem ziet. Tijdens de zang zweeft hij in grote kringen boven
zijn territorium. Aan het einde van de zang laat hij zich in een
spiraalvlucht naar beneden glijden. De boomleeuwerik is een vogel die
zich vooral ophoudt op de droge zandgronden en dan het liefst op
heideterreinen met struiken en verspreid staande bomen.
De boomleeuwerik komt
bijna in geheel Europa voor, behalve in grote delen van Groot-Britannië
en Scandinavië. In Zuid- en West-Europa is de boomleeuwerik een
jaarvogel. In Oost-Europa trekken de boomleeuweriken in het najaar weg.
|