De
Canarische Roodborsttapuit (Saxicola dacotiae), ook bekend als de
Fuerteventura roodborsttapuit. De Canarische Roodborsttapuit is
intermediair in uiterlijk tussen de Europese Roodborsttapuit en het
Paapje. Zijn grootte en vorm doet denken aan een lenige Roodborstje. De
bovendelen zijn over het algemeen gekleurd als het Paapje, maar meer
contrasterend, donkerbruin met een zwartachtige kop en rug strepen. Hij
heeft een witte wenkbrauwstreep, witte nekvlekken en een licht
kastanjerode borst, steeds doffer en bleker verlopend naar de
onderzijde naar de witachtige buik. De romp en de staart zijn donker.
Hij heeft tevens een witte vleugel band. Het vrouwtje is vergelijkbaar
maar dan de vale versie van het mannetje, met een bruinzwarte kop en
zonder witte nek vlekken.
De
Canarische Roodborsttapuit is zeer trouw aan een goede leefomgeving.
Het broedgebied beslaan de `barrancos` rivierbeddingen, ravijnen en
rotsachtige hellingen met vrij schaars grond (30-50% open grond) met
struikachtige vegetatie.
Het
is een sedentaire inwoner die alleen op het eiland Fuerteventura
(Canarische Eilanden) voorkomt. De ondersoort S.d. murielae is in
de 20ste eeuw uitgestorven.
|