De dwergstern is een
kenmerkende kolonie-broedvogel van een - voorheen - typisch Nederlands
biotoop: Kale tot schaars begroeide eilandjes en stranden nabij
uitgestrekte, ondiepe en visrijke wateren. Vooral in de Delta en in het
Waddengebied zijn dergelijke leefgebieden.
Door
de uitvoering van de Deltawerken, de havenuitbreiding van Rotterdam en de
opkomst van het massatoerisme op de stranden zijn veel broedplaatsen
ongeschikt geworden of geheel verdwenen. Bovendien leidde de vergiftiging
van het in de Noordzee stromende Rijnwater in de jaren zestig tot sterfte,
waardoor eind jaren zestig nog maar 100 paren in Nederland broedden. Na
een verbod op de lozing van de belangrijkste boosdoeners in de Rijn vond
een gestage toename plaats, maar het peil van voor de jaren zestig (rond
de duizend paar) wordt bij lange na nog niet gehaald. De laatste jaren
broeden jaarlijks 250-450 paar in ons land, zo'n driekwart hiervan in de
Delta en de rest in het Waddengebied.
|