Weinig vogels zingen zo´n regelmatig lied als de Tjiftjaf. Het lijkt op
de zang van de Koolmees. De Tjiftjaf zingt echter op één enkele
toonhoogte. Deze verdragende zang, een tweetonig hoog 'tjif' en een lager
'tjaf', verraadt zijn aanwezigheid onmiddellijk. Het is tevens het
duidelijkste onderscheid van de Fitis, die een wat weemoedige vinkachtige
zang heeft zonder de vinkenslag aan het einde van het liedje. Overigens
schijnt het voor te komen dat Fitissen soms eindigen of beginnen in een
soort Tjiftjaf-riedel.
L 11 cm. De Tjiftjaf is
veel kleiner en slanker dan een Huismus. De Tjiftjaf lijkt als twee
druppels water op de Fitis. Vanaf afstand is de zang het enige middel om
beide soorten uit elkaar te houden. Van nabij is waar te nemen dat de
Tjiftjaf donkerdere poten heeft. Daarnaast is de Tjiftjaf wat minder geel
dan de Fitis en wat grauwer van kleur en heeft een minder opvallende
wenkbrauwstreep. In de nazomer is de jonge Tjiftjaf veel geler dan de oude
vogels en dan is verwarring met de Fitis zeer wel mogelijk.
Komt in Nederland voor
als zomergast. De Tjiftjaf is in het vroege voorjaar als één der
eersten weer terug. Dat is vaak in de eerste helft van Maart. Uiteraard
afhankelijk van de duur en intensiviteit van de winter. Overwinteren doet
de Tjiftjaf in de landen rond de Middellandse zee. De Fitis gaat veel
verder. Helemaal tot in tropisch en zuidelijk Afrika, een afstand van zo'n
vierduizend kilometer. Eén en ander zou verband houden met de grotere
vleugel van de Fitis. De vleugelmaten van de Tjiftjaf liggen tussen de 55
en 63 mm en die van de Fitis tussen 61 en 70 mm. De grotere vleugellengte
zou de Fitis dus in staat stellen om verder te trekken dan de Tjiftjaf. De
Tjiftjaf overwintert dichtbij, hetgeen weer de verklaring zou kunnen zijn
voor zijn vroegere terugkeer in onze omgeving dan de Fitis. Het verschil
is meestal veertien dagen. Ook blijft de Tjiftjaf langer bij ons dan de
Fitis en hij overwintert nog wel eens in Nederland en België.
De Tjiftjaf is niet
bedreigd. In tegendeel. Het aantal is fors stijgend! volgens de laatste
gegevens is de Tjiftjaf sinds medio jaren tachtig flink toegenomen en in
sommige gebieden in aantal zelfs verdubbeld. De zogenaamde verbraming van
de bosvegetatie zou hierbij wel eens een grote rol kunnen spelen en voor
goede nestgelegenheid zorgen.
Aantal broedparen in
Nederland: 550.000 - 600.000 broedparen (2000)
|