Vale gier, Gyps fulvus / Griffon Vulture

Spanje, april 2012


Adult


Met een spanwijdte van soms meer dan 2,5 meter behoord de vale gier tot de grootste vliegende vogels ter wereld.
De vale gier onderscheidt zich van andere roofvogels door de licht bevederde hals en de minder krachtig ontwikkelde poten. Dit zijn typische kenmerken van een aaseter, met de lange hals is ook het vlees uit het binnenste van een karkas bereikbaar, terwijl de kop niet vast kan komen te zitten doordat de veren achter de botten blijven haken.

De vale gier overnacht in troepen op een vaste slaapplaats, bij de eerste thermiek in de ochtend stijgen de vogels op tot grote hoogte om al zwevend te speuren naar dode dieren. Hierbij houden de gieren ook hun soortgenoten in de gaten, zodat één vale gier een vers karkas doorgaans spoedig moet delen met zijn soortgenote
n.
Gieren leven in gebieden met veel opstijgende luchtstromingen (thermiek), dus in warme, droge streken en in de bergen.

Komen vooral voor in Spanje en de Pyreneeën. De totale populatie wordt geschat op slechts 9.000 broedparen. Geen broedparen in Nederland.

In juni 2007 verschenen een groot aantal vale gieren boven België en Nederland. Een groep van ca. 41 vogels heeft overnacht bij Oss. Het vermoeden bestaat dat de dieren door de honger zover naar het noorden zijn getrokken op zoek naar voedsel. Sinds de EU verboden heeft om kadavers te laten liggen, moeten deze vogels elders voedsel vinden.

(bron tekst: www.vogelvisie.nl)